De transitievergoeding is de vergoeding die aan een werknemer ter beschikking wordt gesteld bij beëindiging van een arbeidsovereenkomst.
De transitievergoeding dient ertoe dat een werknemer van werk naar werk kan komen, bijvoorbeeld door een aanvullende opleiding te volgen of door een outplacementtraject te volgen. Sinds de invoering van de WAB per 1 januari 2020 bouwt de werknemer per dag een deel van de transitievergoeding op, dus ook tijdens de proeftijd.
Met andere woorden, het is niet meer zo (zoals in de oude WWZ wetgeving) dat een werknemer pas aanspraak heeft op een transitievergoeding, indien hij 24 maanden of langer in dienst is geweest bij zijn werkgever.
De wijze waarop de transitievergoeding wordt becijferd komt op het volgende neer: Per gewerkt dienstjaar geldt 1/3e maandsalaris, met een maximum van€ 83.000 (in het jaar 2020).
Tot het jaar 2020 ontvingen werknemers die 50 jaar of ouder waren, een hogere transitievergoeding. Dit onderscheid is sinds 1 januari 2020 komen te vervallen.
Een voorbeeld ter illustratie hoe de transitievergoeding 2020 wordt becijferd:
Werknemer A:
- 13 jaar in dienst
- Salaris € 3.500 bruto (te vermeerderen met 8% vakantietoeslag, dus € 3.780 bruto incl. vakantietoeslag)
De Transitievergoeding bedraagt: 1/3e x 13 x € 3.780 = € 16.380 bruto